Ongeval na trauma

  • PDF / 975,678 Bytes
  • 7 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
  • 84 Downloads / 177 Views

DOWNLOAD

REPORT


Ongeval na trauma Soms lopen ongevallen waarbij het gebit betrokken is goed af of is de schade na het trauma goed te herstellen. In onderstaande casus was de schade bijna geheel hersteld toen patiënt een nieuw ongeval kreeg waarbij de herstelde schade tot ieders afgrijzen teniet werd gedaan – en meer dan dat … door Rob Groot

D

eze casus begint in 2003 en betreft een jongeman van 21 jaar die dan in opleiding is bij één van de elite-eenheden van Defensie. Hij is dus kerngezond (ASA 0). Ook zijn gebitsconditie is prima: DMFT 0 en DPSI 1. Tijdens een oefening kreeg hij een klap op een van zijn frontelementen, de 21. Het element vertoonde een gecompliceerde kroonfractuur waarbij de pulpa à vue was en derhalve geïnfecteerd. Het element werd door een militaire tandarts endodontisch behandeld en met gebruikmaking van parapulpaire stiften weer restauratief opgebouwd (afbeelding 1 en 2). Het resultaat liet echter te wensen over: de opbouw kwam telkens los en ook esthetisch was geen bevredigend herstel bereikt. Patiënt werd toen naar mij verwezen. Zijn verzoek was de tand duurzaam en mooi te herstellen. Hij wilde nu wel weer eens zonder gêne kunnen lachen. Bij onderzoek constateerde ik een niet volledig uitgevoerde endodontische behandeling, deels niet-afgedekte parapulpaire stiften en een ‘bulky overhang’ van parodontaal onvriendelijk composiet (afbeelding 1 en 2) in een verder gave dentitie. De belangrijkste wens van patiënt was om zijn mooie, vrije lach van vroeger terug te krijgen, zonder zichtbare reparaties.

Behandeling De behandeling die mijn grootste voorkeur had (in 2003) bestond uit: 1. Herbehandeling van de endo in de 21.

Rob Groot (VU, 1985)is restauratief tandarts te Rotterdam en Ridderkerk. (In het kader van de verkrijging van de differentiatie restauratief tandarts van de NVVRT moet de kandidaat acht casussen indienen. Deze casus is daar één van.)

2. Orthodontische extrusie van de 21 om de ferrule te vergroten en zodoende een goede retentie te verkrijgen voor: 3. Een stompopbouw gevolgd door een kroon op element 21. 4. Indien nodig een kroonverlengingsprocedure om de gingivale esthetiek te verbeteren. Mijn uitgangspunt was de wortel van de 21 te handhaven omdat een implantaat immers een ankylotische situatie is die niet mee-ontwikkelt met het gelaat en de kaken. Zeker bij een jongvolwassene blijven het gelaat en het kaakcomplex zich ontwikkelen. Een implantaat kan daar niet in meegaan en dus is de kans aanwezig dat het implantaat met de kroon uiteindelijk in een infrapositie komt te staan. Als alternatief beschreef ik de patiënt de volgende behandelmogelijkheid: extractie van de radix van de 21 en na bot-opbouw plaatsing van een implantaat op die locatie, gevolgd door een

2a Afb. 1 De 'militaire' opbouw. Afb. 2a-b De retentiepinnen.

1

4

2

TANDARTSPRAKTIJK | MAART 2015

Afb. 3 en 4 De her-endo.

3

5

kroon op het implantaat na vorming van de ‘soft tissue’ door middel van een (semi-)tijdelijke voorziening. De patiënt besloot voor de behandeling van mijn voorkeur te kiezen, dus voor behoud van de worte