X-puzzel #9 - bevindingen

  • PDF / 209,811 Bytes
  • 2 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
  • 1 Downloads / 135 Views

DOWNLOAD

REPORT


X-puzzel #9 - bevindingen Op pagina 23 lieten wij u onderstaande panorama­opname zien (afbeelding 1) gemaakt bij een 31-jarige man die met een MRA behandeld gaat worden. Wij vroegen aan u: 1 Wat is uw diagnose van de radiolucentie onder element 47? 2 Heeft u voor het opstellen van uw diagnose nog meer beeldvorming nodig? 3 Ziet u nog meer noemenswaardige zaken op deze panoramaopname? Onze bevindingen: Vraag 1 De scherp begrensde, ovale, uniloculaire radiolucentie onder de 47, vlak voor de angulus mandibulae, betreft een ‘lingual submandibular gland depression defect’, mogelijk beter bekend als ‘cyste van Stafne’. In 1942 werd dit defect voor het eerst beschreven door een Amerikaanse oraal-patholoog genaamd Edward Stafne. Er zijn vele andere termen die gebruikt worden voor dit defect: ’Stafne’s defect’, ‘gland depression’, ‘latente botcyste’, ‘statische beencyste’, ‘ectopisch speekselklierdefect’ of ‘idiopathisch mandibulair defect’. De bekende term ‘cyste van Stafne’ of ‘latente botcyste’ is eigenlijk verwarrend en niet correct, want het betreft hier geen cyste. Op de röntgenopname manifesteert de entiteit zich als een cyste, maar in werkelijkheid is het géén holte die met epitheel bekleed en met vocht gevuld is. Het gaat hier om een impressie of indeuking van de onderkaak, aan de linguale zijde. Geen pathologische bevinding, maar een anatomische variatie. In deze impressie of indeuking van de onderkaak is een kwab van de glandula submandibularis gelegen. Het betreft altijd een toevalsbevinding op de panorama­ opname. Het veroorzaakt geen klachten bij de patiënt. Het is een zeldzame anatomische variatie. Het voorkomen wordt

geschat op ongeveer 0,1%. Het wordt alleen aangetroffen bij volwassenen en vaker bij mannen dan bij vrouwen. De oorzaak hiervan is niet bekend. Het ontstaan van Stafne’s defect is onduidelijk. Stafne zelf suggereerde in 1942 dat het ontstaan van de laesie congenitaal is. De laesie manifesteert zich echter pas op latere leeftijd, dus dit maakt zijn uitspraak onwaarschijnlijk. Anderen beweren dat de laesie ontstaat door ombouw van de linguale cortex als gevolg van resorptie door druk van de glandula submandibularis. Onomstotelijk bewijs is hiervoor nooit geleverd. Stafne’s defect manifesteert zich als een scherp omschreven ronde of ovale radiolucentie, vlak voor de angulus mandibulae, onder het niveau van de canalis mandibularis. Het defect is meestal unilateraal, in een enkel geval bilateraal. In grootte varieert dit defect tussen enkele millimeters tot centimeters. Er zijn in de literatuur ook enkele gevallen beschreven waarbij de laesie zich in de regio van de premolaren bevindt. De differentiële diagnose van mandibulaire radiolucenties is zeer uitgebreid en omvat onder andere de traumatische beencyste, de radiculaire cyste, de residuale cyste, de odontogene keratocysteuze odontogene tumor, het non-ossificerend fibroom, fibreuze dysplasie, het ameloblastoom, een metastase, het reuscelgranuloom en de vasculaire malformatie. Het ontbreken van klachten, de expliciete locatie onder het niveau van