De duvelsstrijd van de mantelzorger

  • PDF / 310,586 Bytes
  • 4 Pages / 609.449 x 807.874 pts Page_size
  • 70 Downloads / 247 Views

DOWNLOAD

REPORT


De duvelsstrijd van de mantelzorger Choreograaf Ann Van den Broek over dementie en dans De Vlaamse

c­ horeograaf Ann Van den Broek zorgde samen met haar broer jarenlang voor haar moeder met dementie. Die persoonlijke ervaringen verwerkte ze in haar dansdrieluik The Memory Loss Collection. ‘Het blijft een heel persoonlijk iets, maar het is tegelijkertijd universeel.’

A

nn Van den Broek groeide op in Antwerpen, maar verhuisde op haar 18e naar Nederland om de opleiding aan de Rotterdamse dansacademie te volgen. Ook de eerste jaren van haar danscarrière speelden zich in Nederland af, tot ze rond haar dertigste terugging naar Antwerpen, mede omdat haar ouders ouder werden. Leed en verlies gingen niet voorbij aan de deur van het gezin Van den Broek. Voordat Anns moeder dementie kreeg, verloor ze eerst haar jongste broer en vervolgens haar vader. Ann: ‘Bij mijn broer en mijn vader was het heel anders dan later bij mijn moeder. Zij takelden vrij snel af en stierven, maar bij mijn ­moeder was het een veel geleidelijker proces.’ Inmiddels had Ann de knoop

18

• oktober 2020

doorgehakt om niet meer voor andere choreografen te dansen maar voortaan haar eigen werk te maken, iets wat ze al lange tijd had willen doen. Als choreograaf maakte ze daarna snel naam met een reeks veelgeprezen producties, waaronder in 2018 Blueprint on Memory, het eerste deel van wat uiteindelijk The Memory Loss Collection zou worden.

DIEPE PIJN ‘Er is een groot verschil tussen een beweging vooruit en een beweging achteruit,’ zegt Ann. ‘Als danseres wilde ik weten welke menselijke beweegredenen daaraan ten grondslag liggen. Toen ik mijn eigen voorstellingen begon te maken, heb ik mij eerst daarop gefocust. Wat kan ik uitdrukken met mijn eigen lichaam en hoe communiceer ik met alleen dat lichaam. De eerste twaalf jaar van mijn carrière als choreograaf heb ik eigenlijk elke menselijke emotie, zoals angst, agressie, lust en verdriet, op die manier uitgedokterd. Dat heb ik als choreograaf tot mijn bewegingsstijl gemaakt, mijn bewegingstaal. Dus niet

alleen de bewegingen zelf, maar ook de communicatie daarmee.’ ‘Ik heb altijd een autobiografisch element in mijn voorstellingen verwerkt. Dat hoeft niet altijd direct met mijzelf te maken te hebben, het kan ook gaan over iets dat in de wereld speelt, onrecht of taboes die me raken. De voorstelling na het overlijden van mijn jongste broer was de eerste die ik maakte over de diepe pijn om iemand te verliezen. Mijn broer is aan kanker overleden, maar toen durfde ik dat niet eens te benoemen. Ik heb altijd vanuit mijn persoonlijke ervaringen naar het universele gewerkt. Wat ik met mijn moeder heb meegemaakt is natuurlijk persoonlijk, maar zij is ook een van de miljoenen mensen met dementie. Toch blijft het uitgangspunt mijn persoonlijke ervaring. De performers weten ook dat ik over mijn moeder spreek, hoewel ik dat niet hardop zeg. Zij weten hoe ik functioneer, dat het voor mij belangrijk is hoe iemand een glas vastpakt. Als de performer zegt: “Ja sorry, maar ik heb iemand anders gezien die dat glas zó vastpa