Psychiater berispt: onderzoek wederom onzorgvuldig uitgevoerd

  • PDF / 74,521 Bytes
  • 3 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
  • 103 Downloads / 183 Views

DOWNLOAD

REPORT


Psychiater berispt: onderzoek wederom onzorgvuldig uitgevoerd Bas Sorg d r ag er (e i n d re d a c t i e )

Het UWV vraagt regelmatig psychiatrische expertises aan. Wie staan op de lijst van deskundigen? Sinds de hier besproken tuchtzaak C2014-352 de aangeklaagde psychiater niet meer, denk ik. Een deskundige moet onafhankelijk, onbevooroordeeld, niet vooringenomen, zorgvuldig en zo veel mogelijk op basis van wetenschappelijk bewijs kunnen oordelen. Maar waarom vraagt het UWV een psychiater psychische belemmeringen ten aanzien van arbeid vast te stellen waarmee rekening moet worden gehouden? Is dat een expertiseterrein van psychiaters? Deze vraag stellen kan leiden tot grensoverschrijdende oordelen. Een multidisciplinaire beoordeling ligt toch meer voor de hand?

De feiten Het UWV stelt een aantal vragen aan een psychiater: 1. Anamnese en onderzoek. 2. Is er sprake van een psychiatrische stoornis? Zo ja, welke? 3. Wordt klant adequaat behandeld? Zijn er ten aanzien van arbeid, psychische belemmeringen waarmee rekening gehouden moet worden? Zo ja, welke? De meegestuurde/opgevraagde medische informatie bevat brieven van psychiaters, een klinisch neuropsycholoog en een brief van het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten (NCvB), inclusief het verslag van het neuropsychologisch onderzoek. Bespreking medische informatie: ‘Uit de meest recente brief van de psychiater blijkt dat er alleen gesproken wordt over depressieve stoornis naast angststoornis, klachten die kennelijk nog steeds niet veel verbeteren ondanks de ingezette behandeling (geen bericht over het onderzoek bij het NCvB). Uit de brief van het NCvB blijkt dat de gevonden afwijkingen veel ernstiger van aard zijn dan verwacht (een goede verklaring hiervoor ontbreekt). Opgemerkt dient te worden dat door het ontbreken van zogenaamde symptoomvaliditeitstesten bij dit neuropsychologisch onderzoek de testgegevens niet betrouwbaar kunnen worden geïnterpreteerd. Opvallend in dit testmateriaal is dat er zeer hoge scores worden gevonden op zelfinvullijsten, bijvoorbeeld SCL-90.’

tbv jaargang 24 | nr.2 | februari 2016

Anamnese: ‘Deze expertise vond plaats met behulp van een onafhankelijke tolk (de heer L.). Ondergetekende kreeg tijdens deze expertise sterk de indruk dat betrokkene goed in staat is Nederlands te begrijpen en te spreken (soms gaf hij plots adequate antwoorden in het Nederlands). Betrokkene is een verzorgde man, conform kalenderleeftijd. Tijdens het gehele onderzoek kijkt hij onderzoeker nauwelijks aan en spreekt alleen tegen de tolk; soms antwoordt hij in goed Nederlands. De cognitieve functies lijken ongestoord. Bij dit beperkte psychiatrische onderzoek valt op dat betrokkene meestal in zeer vage, aspecifieke termen spreekt en het niet goed lukt een duidelijk beeld te krijgen van de klachten (veelal “ik weet het niet”).’ Samenvatting en overwegingen: ‘Het betreft een 43-jarige man met een scala aan klachten die niet voldoen aan een diagnose van een psychiatrische stoornis of ziekte. Gezien de aard en de presentatie van de klachten en het kader waar in dit