Tandarts van beroep, boer uit liefde
- PDF / 1,140,092 Bytes
- 3 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
- 48 Downloads / 159 Views
TANDARTS VAN BEROEP, BOER UIT LIEFDE Guido Vriends had al een carrière als slager en beroepsmilitair achter de rug toen hij de beslissing nam tandarts te worden. Inmiddels is hij dat ook, en samen met zijn vrouw en een aantal maten is hij zelfs in meerdere praktijken actief. Maar hij is ook een boer die zijn eigen worsten en kaas maakt en met zijn geiten aan wedstrijden deelneemt. Portret van een druk, maar ook gemoedelijk leven. door Frank van Wijck
H
oewel Guido Vriends een mooie, modern ogende praktijk heeft in een gezondheidscentrum in Deurne, staat hij erop het interview te laten plaatsvinden in zijn woning, verderop in dezelfde straat. Niet zomaar een woning, maar een boerderij met grond en stallen en met een aardige diversiteit aan dieren. ‘We hebben onder andere twee koeien,’ zegt hij tijdens de rondleiding, wijzend op een van de stallen, waarin toch echt overduidelijk maar één koe staat. ‘De tweede koe zit nog in de andere.’ Die droge humor typeert hem. Voor het interview neemt hij uitgebreid de tijd, hoewel hij toch fulltime werkt als tandarts, mede-eigenaar is van drie praktijken en ook nog alle dieren
op die boerderij moet verzorgen en met sommige daarvan deelneemt aan wedstrijden. En hij heeft een gezin met zes jonge kinderen. ‘Als ik vijf uur op een nacht slaap kan ik er weer tegen,’ zegt hij met een glimlach. ‘Een enkele keer doe ik na het avondeten nog even een dutje aan tafel, maar dat is het dan wel.’ Aan diezelfde tafel zit tussen de middag het hele team van de praktijk verderop in de straat. Het tekent de gemoedelijke sfeer die Vriends naast die droge humor uitstraalt. Hard werken kun je ook met plezier doen.
Muzikant in het leger Het besluit om tandarts te worden nam Vriends pas na een auto-ongeluk. Zijn
Guido Vriends en Jolien de Cock met hun drie zonen en drie dochters. Middelste rij v.l.n.r: Anne, Gijs, Elke, Guus. Voorste rij: Emma en George.
vader had een fotowinkel, eerst in EttenLeur, vervolgens in ’s-Hertogenbosch en daarna in Berlicum. Maar aan beide kanten zaten slagers in de familie en dat beroep leek de jonge Vriends wel wat. Dus werd het, na de mavo en de havo, de slagersvakschool. Zijn oom had een slagerij en vleeswarenproductiebedrijf in Veghel en daar kon hij vervolgens aan de slag. ‘Een goed beroep,’ zegt hij, ‘lekkere dingen maken.’ Maar na een tijdje lokte een nieuwe uitdaging: hij koos voor een half jaar werk bij een slachtlijn in een baconfabriek in Engeland. ‘Ik wilde eindelijk weleens het ouderlijk huis uit en bovendien leek het me ook gewoon leuk.’ Bij terugkomst in Nederland moest hij zich melden voor militaire dienst. Daar werd de vraag gesteld wie muziek kon maken. En omdat de jeugdige Guido zich als 16-jarige in ruil voor gratis bier had laten overhalen om op de bastuba mee te spelen in de plaatselijke carnavalsvereniging, kon hij ‘Ja ik’ zeggen. Hij oefende nog wat voordat hij moest voorspelen, maar kon de kapelmeester toch niet helemaal overtuigen van zijn muzikale kwaliteiten. ‘We hebben niemand anders, dus we gaan het jou leren,’ zei die toen. En aldus ges
Data Loading...