Hulpmiddel bij het spreekuur (4)
- PDF / 694,075 Bytes
- 3 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
- 93 Downloads / 205 Views
Hulpmiddel bij het spreekuur (4) Adri e W i ec her s
Dit is het vierde en laatste artikel in een reeks met voorbeeldgesprek ken die de bedrijfsarts kan voeren met de patiënt in bepaalde situa ties.Het gebruik hiervan is vaak gebonden aan de fase van arbeids ongeschiktheid: ■■ de crisisfase (1) ■■ de probleem- en oplossingsfase (2) ■■ de toepassingsfase (3) ■■ preventie (4) In deze TBV-editie komen twee voorbeeldgesprekken aan bod. De cijfers achter de hulpmiddelen verwijzen naar de betreffende fase(s). Bij elk hulpmiddel staat de letterlijke uitleg aan de patiënt in cursief.
Grafiek (3) Iedereen die weer begint met de opbouw van zijn of haar arbeidsuren heeft een bepaald verwachtingspatroon. Heel vaak blijkt dat het verwachtingspatroon niet overeenkomt met de praktijk. De bekendste is de wisseling in de dagen
– ‘de ene dag gaat beter dan de andere’ – en dan de ge dachte ‘wat heb ik gisteren te veel gedaan dat het vandaag zo slecht gaat?’. Maar ook de verwachting dat er meer reserve ontstaat gedurende het traject, terwijl de praktijk juist het constante beeld van krapte laat zien. Kijkend naar de praktijk blijkt dat een behoorlijk constant patroon in zich te hebben, waarbij het nauwelijks uitmaakt wat de reden van uitval is. Met andere woorden: of het nu gaat om psychische klachten, hartinfarct, kanker, depressie, grote operatie, gecompliceerde beenbreuk, enzovoort, het volgt allemaal eenzelfde patroon. Omdat onbekendheid over het hersteltraject vaak ongerust maakt, is het zinvol uit te leggen wat de patiënt kan verwachten en vooral ook wat niet. Dit kan aan de hand van de grafiek. Teken de grafiek voor de patiënt in verschillende delen. De volgorde van tekenen is aan gegeven via de kleuren.
A.M. Wiechers, bedrijfsarts bij Arbo Unie. Correspondentieadres: [email protected]
tbv jaargang 25 | nr.7 | september 2017
295
voor de praktijk
‘Iedereen die weer begint met de opbouw van zijn of haar arbeidsuren heeft een bepaald verwachtingspatroon. Heel vaak blijkt dat het verwachtingspatroon niet overeenkomt met de praktijk. Daarom zal ik iets tekenen om aan te geven wat u kunt verwachten en wat niet of nog niet direct.’ Teken de X- en Y-as van de grafiek en leg uit dat op de X-as de tijd staat en op de Y-as het vermogen (of anders gezegd de energie, de capaciteit) van de patiënt. “Ieder mens heeft een maximaal vermogen en dat stellen we per definitie op 100%.” Teken de desbetreffende lijn. “Voor uw normale dagelijkse doen en laten gebruikt u gemiddeld 70% van uw beschikbare vermogen (werken, huishouden, onderhoud van het lichaam en dergelijke).” Teken de desbetreffende lijn. “Dat is geen rechte lijn maar een golvende lijn met af en toe dagen dat er meer wordt gevraagd. Die golfbeweging wordt veroorzaakt door interne processen in het menselijk lichaam die we normaal gezien niet kunnen beïnvloeden. Normaal merken we daar weinig tot niets van en dat komt door de grote buffer of reserve van gemiddeld 30%. Voor de dagen dat er wat meer gevraagd wordt, is meestal een goede nachtrust (en eventueel de dag
Data Loading...