Onderzoeksopzet van de BAVA-pilot
- PDF / 139,255 Bytes
- 4 Pages / 595.276 x 841.89 pts (A4) Page_size
- 115 Downloads / 139 Views
Overleg tussen bedrijfs- en verzekeringsarts, deel I
Onderzoeksopzet van de BAVA-pilot Jerry Sp anj er, Fem k e A b m a , K e e s B e n u s onderzoeksopzet pilot overleg bedrijfs- en verzekeringsarts dataverzameling
Inleiding Bedrijfsartsen begeleiden verzuimende werknemers in de eerste twee jaar van hun ziekte. Het gros van die werknemers herstelt voor die twee jaar. Als dit niet het geval is dan volgt na twee jaar de claimbeoordeling voor de WIA en beoordeelt het UWV of het re-integratietraject de eerste twee jaar adequaat is geweest. Bedrijfsartsen geven aan geen claimbeoordelaars te zijn, maar zien het wel als hun taak om de belastbaarheid te beoordelen.1 Indien de inschatting van het UWV over de belastbaarheid afwijkt van het oordeel van de bedrijfsarts, kan dit resulteren in een afwijzing van de WIA-aanvraag, ook kan niet-adequate begeleiding leiden tot loonsancties voor de werkgever. Bij bedrijfsartsen is er de behoefte om met de verzeke ringsarts en/of arbeidsdeskundige van het UWV te overleggen bij langdurig verzuim en dreigende WIA-instroom.2,3 Er bestaat de mogelijkheid een deskundigenoordeel aan te vragen, maar dit geeft niet altijd antwoord op de vraag van de bedrijfsarts. Zo worden de door de bedrijfsarts vastgestelde beperkingen vaak niet getoetst en gaat de arbeidsdeskundige bij de beoordeling van de re-integratie-inspanningen uit van de door de bedrijfsarts vastgestelde medische beperkingen.4,5 Bovendien is toetsing van de beperkingen een behoorlijke belasting voor zowel de cliënt als voor UWV (capaciteit van schaars personeel). Er wordt dan ook gepleit voor een overleg tussen bedrijfsarts en verzekeringsarts na bijvoorbeeld een jaar.2,3,6 Om te onderzoeken of een overleg tussen bedrijfs- en verzekeringsarts (BAVA-overleg) haalbaar is, hebben we een pilotonderzoek verricht. De onderzoekvraag was of een dergelijk overleg acceptabel en uitvoerbaar is of het nuttig gevonden wordt en of het in de praktijk haalbaar is.7
Jerry Spanjer, verzekeringsarts UWV Assen Femke I Abma, senior onderzoeker Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde. Rijksuniversiteit Groningen, Universitair Medisch Centrum Groningen, Afdeling Gezondheidswetenschappen, Sociale Geneeskunde, Groningen Kees Benus, adviseur arbeidsdeskundige, Sociaal Medische Zaken UWV Noord Correspondentieadres: [email protected]
64
In dit eerste deel van het artikel beschrijven we de onderzoekopzet van de pilot. In een tweede deel beschrijven we de resultaten. Onderzoeksopzet van de pilot Vooronderzoek In een vooronderzoek wilden we antwoord krijgen op de volgende twee vragen: 1. Wat zijn juridisch gezien de voorwaarden voor een BAVA-overleg? 2. Zien bedrijfsartsen het nut in van een BAVA-overleg, hoe vaak denken ze er gebruik van te maken en welke vorm van overleg heeft de voorkeur? 1. Juridische voorwaarden Om te komen tot voorwaarden voor de opzet en invulling van het overleg tussen bedrijfsarts en verzekeringsarts is aan de beleidsafdeling van Sociaal Medische Zaken (SMZ) van UWV gevraagd wat mogelijke juridische haken en ogen van een dergelij
Data Loading...