Anders leren zien - en handelen

  • PDF / 315,621 Bytes
  • 4 Pages / 609.449 x 807.874 pts Page_size
  • 56 Downloads / 184 Views

DOWNLOAD

REPORT


Zes jaar geleden introdu-

ceerde Anne-Mei The de Sociale Benadering Dementie. Inmiddels heeft zelfs de politiek deze benadering omarmd en worden zorgmedewerkers vanuit de Tao of Care geschoold om op deze manier te werken. Wat houdt de Sociale Benadering precies in en wat is de relevantie ervan voor de zorgpraktijk? Hugo van Waarde, zelf trainer bij de Tao, sprak met een aantal collega’s en probeerde samen met hen deze vraag te beantwoorden. Tot het einde van de jaren tachtig werd de kwaliteit van zorg voor mensen met dementie afgemeten aan de drie-eenheid rust, reinheid en regelmaat. Toen ik in het midden van dit decennium in het verpleeghuis kwam werken, waren de medewerkers er vooral bezig met wassen, aankleden en eten geven. Daarnaast werd er aan realiteitsoriëntatie gedaan. Die bestond eruit dat bewoners met dementie bij het hier en nu werden betrokken om zo hun cogni-

8

• oktober 2020

tieve achteruitgang te vertragen. Ik kan me niet herinneren er ooit bij iemand een positief effect van te hebben gezien. Een van de eersten die zich kritisch uitliet over de toen gangbare dementiezorg was verpleegkundige Ilse Warners. Volgens haar moest zorg voor mensen met dementie gericht zijn op herstel van de relatie met de omge-

‘Hoe je als medewerker denkt over dementie werkt door in je manier van omgaan met de bewoners’

ving. En dat deed je door te zorgen voor begrijpbare oriëntatiepunten: vertrouwde bezittingen om je heen, vast personeel en medebewoners die je kon leren kennen. Het doel van de zorg voor mensen met dementie moest vooral uit welzijn bestaan, vond Ilse. Van haar heb ik geleerd dat ‘er zijn’ een van de belangrijkste verpleegkundige interventies is in de dementiezorg. In de decennia erna volgden allerlei visies en modellen elkaar snel op: validation, warme zorg, het adaptatiecoping model, belevingsgerichte zorg en persoonsgerichte zorg. De ene benadering vertrok meer vanuit een theoretische invalshoek, de andere focuste meer op de betekenis voor de dagelijkse zorgpraktijk. Maar er waren ook een aantal overeenkomsten, zoals Jacomine de Lange liet zien in haar proefschrift Omgaan met dementie: respect voor de waardigheid van de persoon met dementie en diens ‘subjectieve’ beleving van de werkelijkheid, nadruk op de mogelijkheden om

te communiceren met iemand met dementie en omschrijving van mensen met dementie als individuen met een eigen geschiedenis en eigen wensen en behoeften – en dus een eigen behoefte aan zorg. In afgelopen veertig jaar is de aandacht kortom steeds meer verschoven van de ziekte naar de persoon om wie het gaat.

WISSELWERKING Verschoven ja, maar niet genoeg. Dat concludeerde Anne-Mei The uit jarenlang onderzoek dat zij als antropoloog met haar team deed naar de leefwereld van mensen met dementie en degenen met wie zij hun leven delen: partners,

kinderen, familie en vrienden. Hoewel de zorg voor mensen met dementie in Nederland wereldwijd zeer goed staat aangeschreven, bleek toch dat het zorgaanbod niet altijd goed aansloot bij de behoeften. Nog steeds ligt de nadruk in de dementiezorg