'Pas toen ik fysiek beter was, kon ik het mentaal verwerken'

  • PDF / 468,801 Bytes
  • 6 Pages / 566.929 x 765.354 pts Page_size
  • 86 Downloads / 173 Views

DOWNLOAD

REPORT


tekst STERRE TEN HOUTE DE LANGE, fotografie CARILIJNE PIETERS

Radiomaker en journalist Fien Vermeulen

‘Pas toen ik fysiek beter was, kon ik het mentaal verwerken’ 10

Fien Vermeulen

© Carilijne Pieters

Het rugzakje Radiomaker en journalist Fien Vermeulen genoot op haar 21e volop van het studentenleven toen ze opeens geconfronteerd werd met lymfeklierkanker. Ze kon nog net ‘Wat is een OK?’ aan de dokter vragen, voor ze erheen werd gereden voor een spoedoperatie.

Na een halfjaar van chemo en andere behandelingen, werd ze in 2013 schoon verklaard. Maar echt ‘beter’ voelt ze zich pas een jaar; Expeditie Robinson 2019 werd het keerpunt. Daar besloot ze te gaan schrijven over haar ziekbed en haar opkomst als bekende Nederlander. Dit najaar verscheen haar autobiografische boek Het regent zonnestralen. Na het verschijnen van je boek geef je vast veel interviews. Normaal sta je aan de andere kant. Wat doe je liever? Interviewen of geïnterviewd worden? ‘Interviewen. Zonder twijfel. Dan heb ik de controle. Dat vind ik fijn. Bovendien houd ik er niet zo van om in de spotlight te staan. Dat zou je misschien niet denken als je “Fien de bekende Nederlander” volgt, maar ik sta liever achter de schermen. Radio maken is eigenlijk redelijk afgeschermd.’ Waarom dan toch een boek schrijven? En dan ook nog eens over je eigen leven? ‘Omdat ik vond dat het moest. Ik heb het heel lang afgehouden. Vanaf dat ik ziek werd, zeiden mensen dat ik er een boek over moest schrijven. Ik heb altijd graag geschreven, maar toen ik ziek werd, wilde ik het niet meer. Tot ik tijdens Expeditie Robinson in mijn eentje in de zee lag te dobberen en bij mezelf dacht: waar ben ik? Na alles wat ik had meegemaakt, was ik ineens op een tropisch eiland vol bekende Nederlanders, doorstond ik de meest heftige fysieke proeven en tussendoor lag ik kalmpjes in zee te drijven. Voor het eerst in lange tijd had ik de rust om van een afstandje naar mijn leven te kijken. Toen realiseerde ik wat voor stappen ik had gemaakt sinds de dag dat ik de diagnose kreeg. Zo kwam het besluit: ik ga een boek schrijven.’ Het boek begint bij een ambitieuze jonge studente die, naast haar universitaire studie Nederlands, net haar droombaan bij het ANP heeft bemachtigd. Fien werkt hard en feest al even hard. Ze is vaak moe. Met die klacht is ze meerdere keren naar de huisartsenpraktijk gegaan waar almaar andere huisartsen almaar andere diagnoses gaven: astma, longontsteking, oververmoeidheid en zelfs een soa. Tot één huisarts besluit haar voor de zekerheid langs de

12

eerste hulp te sturen. Na de nodige tests en foto’s stapt er een groep jonge artsen op haar af, ‘een boyband in V-formatie, in slowmotion met wapperende witte jassen en ernstige blik’, schrijft ze in haar boek. Een arts voert het woord: ‘Ik vind het heel vervelend om te zeggen Fien, je hebt kanker.’ Ze blijkt Non-Hodgkin Lymfoom te hebben: kanker van het bloed- en lymfestelsel. Ze moet direct worden geopereerd. Als ze een uur later was gekomen, had haar hart het begeven. De ambitieuze, leergierige, slimme, jonge vrouw w