Risicofactoren voor een ernstig beloop van COVID-19

  • PDF / 512,937 Bytes
  • 8 Pages / 609.449 x 807.874 pts Page_size
  • 104 Downloads / 186 Views

DOWNLOAD

REPORT


Risicofactoren voor een ernstig beloop van COVID-19 Wendy van den Oever, Vivian Raaijmakers, Anne-Mieke Theunissen, Mieke Wijnen-van Houts, Joost Frenken

Dit is het eerste Nederlandse onderzoek naar risicofactoren voor een ernstig beloop van ­COVID-19. Hogere leeftijd en diabetes mellitus type 2 zijn geassocieerd met een hogere kans op ic-opname en overlijden. Deze patiëntengroep zou als eerste in aanmerking moeten komen voor vaccinatie, zodra die beschikbaar is.

Op 8 maart 2020 werd op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) van het Elkerliek Ziekenhuis in Helmond de eerste patiënt positief getest op het virus SARS-CoV-2. Nadien werd duidelijk dat dit Noord-Brabantse ziekenhuis zich middenin een brandhaard bevond waar dit virus in de daaropvolgende maanden veel slachtoffers zou eisen.1 Onderzoeken wereldwijd, waaronder in China en in omliggende Nederlandse ziekenhuizen, beschrijven COVID-19 als een zeer ernstig ziektebeeld met een hoge mortaliteit (20-22%) en veel ic-opnames (15-19%). Veruit de meeste verwezen pa­tiënten presenteren zich op de SEH met koorts (78-84%) en luchtwegklachten (56-78%). Atypische klachten als buikpijn, diarree en pijn op de borst worden bij ruim 35% van de patiënten gezien.2,3 De data geven echter nog onvoldoende antwoord op de vraag welke patiëntkenmerken bijdragen aan een ernstiger ziektebeloop bij Nederlandse patiënten. Factoren die daarbij vermoedelijk een rol spelen, zijn BMI, leeftijd en comorbiditeit.2-5 In dit onderzoek beschrijven we de kenmerken van de eerste 243 COVID-19-patiënten die in maart 2020 werden gezien op de SEH van het Elkerliek Ziekenhuis. Ons doel was te onderzoeken welke patiëntkenmerken zijn geassocieerd met een slechtere ziekte-uitkomst (ic-opname en/of overlijden). Daarnaast onderzochten we of vitale parameters en laboratoriumuitslagen voorspellende waarde hebben. METHODE Op de SEH werden patiënten met klachten van algehele malaise, koorts, respiratoire klachten, braken en/of diarree beschouwd als mogelijk besmet met SARS-CoV-2. We includeerden 243 patiënten die in de periode van 8 tot en met 31 maart 2020 de SEH bezochten en bij wie SARSCoV-2 werd aangetoond met een real-time PCR-test via

een naso-orofaryngeale uitstrijk. De primaire uitkomstmaat was de ernst van het ziektebeloop, gedefinieerd als een ic-opname en/of overlijden binnen 1 maand na inclusie. De gegevens zijn retrospectief verzameld vanuit de elektronische patiëntendossiers, waaruit ook geslacht, leeftijd, BMI, comorbiditeit en behandelbeperkingen werden overgenomen. Wanneer gewicht of lengte bij opname niet bekend waren, berekenden we de BMI met de meest recente bekende gegevens (tot maximaal 1 jaar oud). Aan comorbiditeit onderscheidden we de volgende categorieën: chronische longziekten (astma, COPD, longcarcinoom); cardiovasculaire ziekten (myocardinfarct, CVA); hypertensie; diabetes mellitus; immuundeficiëntie (bij gebruik van immunosuppressiva); maligniteit. We analyseerden het klachtenpatroon bij binnenkomst op de SEH (T0) aan de hand van de volgende symptomen: hoesten, koorts, moeheid/algeh